Het kijken naar de achtergrond van de uitnodiger.

Shaykh Saalih al-Fawzaan heeft gezegd:
“En de personen die zichzelf toeschrijven aan de da’wah,
het is verplicht om te kijken in hun (situatie):
Waar hebben zij gestudeerd? Van wie namen zij kennis?
Waar komen zij vandaan? Wat is hun ‘aqiedah?”


De nobele geleerde, Shaykh Saalih ibn Fawzaan ibn Abdoellaah al-Fawzaan werd gevraagd
1
,

“Er zijn in dezer dagen velen die zich toeschrijven aan de da’wah, van degenen die erkenning zoeken bij de erkende mensen van kennis, degenen die het leiden van de Oemmah en haar jeugdigen naar al Manhadjoel-Haqq was-Sawaab (de weg van de waarheid en juistheid) bewerkstelligen. Wie zijn dan de geleerden die u de jongeren adviseert om profijt van te nemen en om hun lessen van te volgen en van hun opgenomen bandjes, en het nemen van kennis van hen en om naar te refereren bij belangrijke zaken en gebeurtenissen en in tijden van problemen?”
2

De Shaykh antwoordde:

Het uitnodigen naar Allaah is een zaak die noodzakelijk is, en de Religie is enkel bewerkstelligd door middel van da’wah en Jihaad ná profijtvolle kennis.

“Behalve voor degenen die geloven en goede daden verrichten, en die elkander tot de waarheid aansporen en elkander aansporen tot geduld” [Soerat al-‘Asr]


En Imaan (geloof) betekent kennis over Allaah -soebhaanahoe wat-Ta’aala, Zijn Namen en Eigenschappen en het aanbidden van Hem. En goede daden zijn een vertakking van profijtvolle kennis, want daden dienen noodzakelijkerwijs gebaseerd te zijn op kennis.

En het uitnodigen naar Allaah, en het goede gebieden en het geven van oprecht advies aan de moslims is een benodigde zaak, maar niet iedereen is in staat om deze taken uit te voeren, deze zaken kunnen niet uitgevoerd worden behalve door Ahloel-‘Ilm (de mensen van kennis), en de mensen met volwassen opinies, want het zijn zware en belangrijke zaken. Deze kunnen niet uitgevoerd worden, behalve door degene die er toe instaat is (men hoewa moe’ahhal) om het te bewerkstelligen. En het probleem in dezer dagen is dat de deur van ad-Da’wah een deur geworden is die wijd is, een ieder gaat er door naar binnen en schrijft zich toe aan de da’wah, en het kan zo zijn dat hij een Jaahil (onwetende) is die de da’wah niet goed uitvoert en dus verpest hij meer dan dat hij verbeterd.

1
Zie al Moentaqaa min al-Fataawaa fadielatoe ash-Shaikh Saalih ibn Fawzaan ibn Abdoellaah al-Fawzaan vraag nr. 48
2 De Shaykh hafiedhahoellaah, kreeg een soortgelijke vraag over welke geleerden hij aanraadt om kennis van te nemen, en als antwoord op die vraag noemde de Shaykh meerdere mashaikh zoals; Shaykh Abdul.Azeez bin Baaz, Shaykh Mohammed Ibn Saalih al.Oethaymien, Shaych Abdul Muhsin al Abbaad, Shaych Rabi bin Haadi al-Madkhalie, Shaych Saalih as Soehaymee en Shaych Mohammed Amaan al Jaamee. Zie hier voor de audio:
http://selefienederland.nl/site/inde...temid=28&id=56
Zo ook werd Shaykh Saalih Soehaymie recentelijk hierover gevraagd, en Shaykh Saalih Soehaymie was de hoofd van de faculteit van. Aqeedah aan de Islamitische Universiteit van Medinah en hij geeft les in de Moskee van de Profeet in Medinah, hij raadde de volgende geleerden aan: Shaykh Abdoel Aziez Ibn Baz, Shaykh Muhammed ibn Saalih al-Uthaymeen, Shayhk Muhammed al-Ameen ash-Shanqeeti, Shaykh Muhammed Naasirroedien al-Albaanee, Shaykh Hammaad al-Ansaree, Shaykh Umar bin Muhammad Fallaatah, Shaykh Muhammad Amaan al-Jaamee, Shaykh Ahmed an-Najmee, Shaykh Abdul Azeez aal Shaykh, Shaykh Saalih al-Fawzan, Shaykh Saalih al-Luhaydaan, Shaykh Abdullaah al-Ghudayaan, Shaykh Salih aal-Shaykh, Shaykh Abdul Muhsin al-Abbaad, Shaykh Ali Naasir al-Faqiehi, Shaykh Rabie al-Madkhali, Shaykh Zayd al-Madkhali... Zie hier voor de audio:
http://selefienederland.nl/site/inde...emid=28&id=113
Beste broeders en zusters, bescherm u religie door het advies van deze twee geleerden aan te nemen, door kennis te nemen van de geleerden die zij jullie adviseren.

En het kan zo zijn dat hij te gedreven is (moetahammisan) waardoor hij de zaken aanpakt met haast en onbehoedzaamheid en dus ontstaan er uit zijn daden slechtheden meer dan remedies en wat hij aan bedoelingen had in het verbeteren.

Sterker, het kan zo zijn dat hij van degenen is die zich toeschrijven aan de da’wah, maar zij hebben vooroordelen en begeertes waar zij naar uitnodigen en die zij wensen te realiseren ten koste van de da’wah en door het veroorzaken van verwarring in de denkwijzen (tashwiesh al-afkaar) van de jongeren in de naam van da’wah en ijver voor de Religie!

En mogelijk beoogt men iets anders dan dat, zoals het misleiden van de jeugd en hen afzonderen van hun gemeenschappen, leiders en geleerden. En dus benaderen ze hen ogenschijnlijk via de weg van advies en via de weg van da’wah, zoals de situatie is van de huichelaars van deze Oemmah, degenen die voor de mensen het slechte willen in de gedaante van het goede!!

Ik zal een voorbeeld hiervan geven betreffende de mensen van masdjied ad-diraar (de schadelijke moskee), zij bouwden een moskee en van de buitenkant profileerden zij het als een goede daad, en vervolgens verlangden zij van de Profeet – salallaahoe ‘alayhie was sallam – dat hij er in zou gaan bidden om zo de mensen aan te moedigen en het goed te keuren. Maar, Allaah had weet over de intenties van deze mensen en dat zij enkel verlangden om schade te brengen aan de moslims door middel van dat. Zij wilden schade brengen aan de Qoebaa’ Moskee, de eerste moskee die gebouwd was op at-taqwaa. En zij wilden splitsing teweeg brengen in de moslimgemeenschap en dus verduidelijkte Allaah de list van deze mensen aan Zijn Boodschapper – salallaahoe ‘alayhie was sallam – en Hij openbaarde Zijn Uitspraak,

“En degenen (de huichelaars) die een moskee hebben gebouwd om schade en ongeloof en splitsing onder de gelovigen te veroorzaken, en als een hinderlaag van degenen die eerder tegen Allaah en Zijn Boodschapper vochten: en zij zullen zeker zweren: Wij wensen niets dan het goede” Maar Allaah is er Getuige van dat zij zeker leugenaars zijn. Sta daar nooit in (om het gebed erin te verrichten). Voorzeker, een moskee (moskee Qoebaa) die vanaf de eerste dag is gebouwd op Taqwaa, heeft er meer recht op dat jij daarin staat (om het gebed te verrichten). Daarin zijn mannen die ervan houden om zich te reinigen. En Allaah houdt van hen die zich reinigen” [Soerat at-Tawbah vers 107-108]


Het wordt duidelijk voor ons, aan de hand van dit geweldige verhaal, dat iedereen die openlijk goedheid toont en goede daden, waarachtig kan zijn in wat hij doet. Maar soms is het zo, dat hij hierachter zaken beoogd die tegenovergesteld zijn aan hetgeen ogenschijnlijk is.

En dus van degenen die zich aan de da’wah toeschrijven dezer dagen, onder hen zijn er misleiders die wensen om de jeugd te doen afdwalen, de mensen weg willen leiden van de ware Religie, de gemeenschap van de moslims willen opsplitsen en laten vallen in fitnah. En Allaah – soebhaanahoe wat-Ta’aala – heeft ons gewaarschuwd tegen deze mensen;

”Als zij met jullie (ten strijde) zouden trekken, dan zouden zij voor jullie niets vermeerderd hebben dan wanorde, en zij zouden zeker tussen jullie heen en weer rennen om tussen jullie tweedracht te zaaien en onder jullie zijn er die naar hen geluisterd zouden hebben. En Allaah kent de onrechtplegers” [Soerat at-Tawbah vers 47]


Derhalve wordt er geen belang gegeven aan de toeschrijving (leysa al-‘ibrah biel-intisaab), noch aan datgene wat ogenschijnlijk is. Integendeel, belang wordt gegeven aan de realiteiten (al-‘ibrah biel-haqaa’ieq) en aan de eind resultaten van de zaken (bi ‘awaaqib al-oemoer).

En (wat betreft) de personen die zichzelf toeschrijven aan de da’wah, het is verplicht om te kijken in hun (situaties): Waar hebben zij gestudeerd? Van wie namen zij kennis? Waar komen zij vandaan? Wat is hun ‘aqiedah (geloofsleer)? En er dient gekeken te worden naar hun omgang met de mensen en hun sporen (van invloed) die zij hebben gehad bij de mensen, en wat zij hebben bewerkstelligt van het goede ? En wat hun daden hebben bewerkstelligt aan verbetering? Het is verplicht om hun situatie te bestuderen voordat men misleid wordt door hun uitspraken en hun uiterlijke schijn, dit is een essentiële zaak!!, vooral in deze tijd die vele uitnodigers naar al fitnah bevat.

En de Profeet – salallaahoe ‘alayhie wa sallam – beschreef de uitnodigers naar al-fitnah dat zij mensen zijn van onze huid en dat zij spreken met onze tong3. En toen de Profeet – salallaahoe ‘alayhie wa sallam – werd gevraagd over de fitan (mv. fitnah), zei hij ;

“Uitnodigers aan de deuren van de Hel. Wie hen gehoorzaamt, zal door hen erin gesmeten worden” (Overgeleverd door al-Boekhaarie in zijn Sahieh 8/92, 93 van de hadieth van Hudayfa ibn al-Yamaan radiyaAllahoe ‘anhoe)


En dus hij noemde hen uitnodigers (doe’aat)!!

Het is dus aan ons om hier aandacht aan te schenken, en we moeten dus niet zomaar voor de da’wah, jan en alleman verzamelen, of een ieder die zegt, ‘Ik nodig uit tot Allaah en deze groep nodigt uit tot Allaah!’ Het is noodzakelijk om te kijken naar de realiteit van de zaak, en het is noodzakelijk om te kijken naar de realiteit van de individuen en de groeperingen. En Allaah –soebhaanahoe wat-ta’aala- heeft de da’wah naar Allaah beperkt tot de da’wah naar het Pad van Allaah, Allaah de Verhevene zegt:

“Zeg: Dit is mijn weg, Ik roep op tot Allaah.” [Soerah Yoesoef vers 108]


Dit duidt erop dat er mensen zijn die oproepen tot anderen dan Allaah, en Allaah de Verhevene heeft laten weten dat de ongelovigen oproepen naar het Vuur, Hij zei;

“En huwt niet met de veelgodenaanbidsters totdat zij geloven, en een gelovige slavin is zeker beter dan een veelgodenaanbidster, ook al bevalt zij jullie. En huwelijkt (de gelovigen vrouwen) niet uit aan de veelgodenaanbidders, totdat zij geloven. En een gelovige slaaf is zeker beter dan een veelgodenaanbidder, ook al bevalt hij jullie. Zij zijn degenen die uitnodigen tot de Hel, terwijl Allaah uitnodigt tot het Paradijs en tot de vergeving, met Zijn verlof.” [Soerat al Baqarah vers 221]

Het is dus verplicht om te kijken naar de situaties van de uitnodigers (doe’aat) Shaykhoel-Islaam Moehammed ibn Abdoel-Wahhaab (gest.1206H) –rahiemahoellaah- zei over dit vers,

“Zeg: Dit is mijn weg, Ik roep op tot Allaah.” [Soerah Yoesoef vers 108]

“Hierin zit Ikhlaas (oprechtheid). Want vele van de mensen roepen enkel op tot zichzelf en ze roepen niet op tot Allaah – soebhaanahoe wat-ta’aala-.

Einde

bron: http://www.selefienederland.nl

0 reacties:

Een reactie posten